Fantastisch! In een al warme ochtendzon laat ik de Cannondale van de berg rollen. Hoe gelukkig kan een mens zich voelen? Ik zit op mijn fiets. In Frankrijk. En ik rol van een Alp. Dit kan niet anders: dit gaat een geweldige week worden. De eerste kilometers vanaf fietshotel Au Bon Accueil nabij Vénosc dalen we een klein stukje af naar het dal dat toegang biedt tot vele fameuze beklimmingen. We starten vandaag meteen maar met de Alpe d’Huez, waarna we via de Col de Sarenne en een optie via Les Deux Alpes middels een fantastische afdaling weer naar ons verblijf zullen terugkeren. Zelfs als ik de eerste steile kilometers van de Alpe d’Huez onder mijn wielen voel en mijn bovenbenen wat onwennig beginnen te branden, blijft het lichte gevoel in mijn hart: eindelijk! Ik fiets weer in de bergen!
Ik had er de afgelopen maanden nog wel op gehoopt, maar het eigenlijk niet meer verwacht. In maart had ik mijn tas voor de reis naar de Strade Bianche in Toscane al twee keer ingepakt, weer uitgepakt en opnieuw terug ingepakt. Op de avond voor vertrek ging Italië op slot en mijn ingepakte tas bleef nog weken staan, als een triest symbool voor wat er met mijn fietsseizoen stond te gebeuren. In het begin hield ik nog hoop. Dapper begon ik onder Vlaamse weersomstandigheden aan de laatste voorbereidingen voor Parijs-Roubaix in april. Ook daar ging een streep door, net als door de rest van de evenementen op mijn fietskalender.
Een wonderlijke periode volgde. Door #ridesolo en gebrek aan sportieve doelstellingen en daarmee samenhangende motivatie, fungeerde de fiets als mijn ultieme ontsnapping, “La mia liberta” zoals een goede fietsvriend op al zijn exemplaren had gestickerd. Er zat geen systeem in mijn ritten, geen opbouwend schema, maar ik genoot van elke trap in de buitenlucht. Even weg van de laptop, het online lesgeven, de onzekerheden en alle maatregelen. Gewoon ronddwalen en met een fris hoofd weer thuiskomen. Soloritten door zo desolaat mogelijk landschap, mijn vrijheid.
Ik voel dat er een busreis in deze benen zit en door het vreemde voorjaar ontbreken in mijn klimvezels de prikkels van Limburg en Sauerland. Toch krijg ik al snel het juiste gevoel met deze berg. We kennen elkaar dan ook goed. In 2012 ben ik deze weg zes keer omhoog gereden en weer afgedaald op die ene bizarre dag in juni. Het voelt als weerzien van een oude vriend. De Wielerbussers om me heen kiezen nu ook hun eigen tempo, wat me de gelegenheid geeft om mijn gedachten en emoties de vrije loop te laten. Ik merk dat ik vol zit. Flarden Alpe d’HuZes wisselen af met alle spanningen van de afgelopen periode. Terwijl ik de bochten aftel, zie ik in gedachten het spandoek met “Als je écht niet meer kunt, heb je alles gegeven” en hoor ik het echtpaar bij de camper rammen op de potdeksels. Ik denk aan al die foto’s, de kaarsen in de bochten en aan corona in het verpleeghuis van mijn vader. Juist op die berg voel ik hoezeer ik het de afgelopen maanden heb gemist: dichtbij dierbaren kunnen zijn, iemand vastpakken, een knuffel geven. Ik laat het maar gebeuren. Er liggen al heel wat tranen van mij op die berg, maar ik aarzel niet om er vandaag een enkele bij te laten vloeien.
Tijdens deze beklimming van de Alpe d’Huez kan ik loslaten en is mijn zomervakantie eindelijk begonnen. Fantastisch! Hoe gelukkig kan een mens zich voelen? Ik beklim een Franse Alp. Op mijn fiets, “La mia liberta”.
©️ ingefietst.nl
Foto: Lieve Kramer, gemaakt tijdens de klim vanuit het dal terug naar het hotel.