“Ik heb het nog nooit gedaan, dus ik denk dat ik het wel kan.” Deze filosofie van Pippi Langkous werkt bij mij fantastisch als ik iets nieuws bij de kop pak. Nu ik echter op het punt sta iets te doen waarvan ik herinneringen heb het te kunnen, maar mijn brein de toegang tot de benodigde informatie lijkt te saboteren, is een andere aanpak vereist. Door mijn onfortuinlijke val in de Eifel is er iets gewijzigd in mijn benadering van het concept “bocht” dat het veranderen van richting op wat voor fiets dan ook ernstig belemmert. Panisch speur ik de te berijden ondergrond af naar los grind, modder, natte bladeren, bevriezingsverschijnselen of boomwortels. Elke keer met succes, want in deze tijd van het jaar valt overal wel iets glads te ontdekken, dat in staat is om de voor een richtingsverandering benodigde zijwaartse wrijvingskracht te ondermijnen. Het lijkt een goede strategie om voor een dergelijke bocht dan maar alle snelheid eruit te halen, zodat er minder wrijvingskracht vereist is, maar zonder noemenswaardige voorwaartse snelheid wordt balans op een fiets tamelijk lastig en de te nemen bocht onnodig moeilijk. Zoals Albert Einstein al zei: “Life is like riding a bicycle. To keep your balance, you must keep moving.”
Zo langzamerhand ben ik wel klaar met de rechte zandpaadjes en nu mijn lijf dusdanig genezen is dat mijn arm en bijbehorend gewrichtskapsel geen belemmering meer vormen, heb ik zin om een stukje van de mountainbikeroute te proberen. Als ik het bospad op draai, voel ik hoe mijn achterwiel wegslipt door een gladde boomwortel. Mijn hart klopt in mijn keel als ik mijn spieren voel verstijven, waardoor het vrijwel onmogelijk wordt om te blijven trappen. Geheel volgens de hierboven beschreven wetten van de natuurkunde is balans op dat moment een lastige opgave en ik weet mezelf en mijn fiets ternauwernood overeind te houden. Als ik ooit weer behoorlijk wil fietsen zal ik deze ontzettend onhandige reflex moeten aanpakken. Ik besluit dat het tijd is, tijd om na de genezing van mijn lijf nu te beginnen aan een stukje reparatie van mijn brein.
Het plan is simpel. Ik ga een relatief gemakkelijk stukje van de mountainbikeroute in lusvorm rijden. Ik kom zo al snel voor de tweede keer langs diezelfde boomwortel. Ik visualiseer hoe ik daar gewoon overheen fiets en mijn spieren ontspan als ik merk dat ik slip. Daar is de wortel. Ik adem uit en fiets er gewoon overheen. Ik merk dat mijn achterwiel opnieuw wegglipt op hetzelfde punt, maar mijn spieren verkrampen deze keer niet. Dit geeft me een klein beetje vertrouwen. Weer een rondje. Ik maak opnieuw fouten, maar elke keer stel ik me voor hoe ik het bij een volgende passage beter kan doen. Ik durf mijn snelheid een beetje op te voeren, wat het bochtige deel aanmerkelijk vereenvoudigt. Nog meer vertrouwen. Ik krijg na een half uurtje oefenen zin om de lus uit te breiden en pak een steil klimmetje en enkele listige afdalingen mee. Ik voel de hervonden samenwerking tussen mijn lijf en mijn fiets en dat voelt goed. De mentale renovatie is nog niet klaar, maar een begin is gemaakt. Over een aantal ritten geloof ik weer oprecht in mijn eigen variant van de filosofie van Pippi: “Ik heb het al eens gedaan, dus ik weet dat ik het kan.”
© ingefietst.nl
Lekker ontspannen fietsen helpt ook. Maak je hoofd tijdens het fietsen leeg en ga ervoor. Groetjes Ties
LikeLike