Chicken Run

Hoewel het juist opnieuw is gaan regenen, dwing ik mezelf tot een rondje verkenning en wat losrijden. Vooral dat laatste is wel nodig na die autorit van een uur om op dit mountainbikeparcours van ATB Vereniging Oldebroek te geraken. Op het programma staat de tweede wedstrijd in de reeks van de Veluwse Wintercompetitie en ik ben erg benieuwd. Het parcours bestaat uit een gedeelte dat in opzet veel weg heeft van het parcours in Zutphen, maar al na enkele bochten, een heuveltje en een pumptrack die in een afdaling ligt, draait de route het bos in. Daar merk ik dat de ondergrond door de vele regen van de afgelopen dagen een modderige bovenlaag heeft gekregen, die vooral in bochten verraderlijk glad is. Het is een tamelijk lange lus in het bos en net als ik me op een bepaald moment begin af te vragen hoe lang ik inmiddels al onderweg ben, kom ik weer terug op het parcours bij het sportveld. Daar moet nog behoorlijk wat gedraaid en gekeerd worden en het meeste wat ik te doen krijg vind ik meer leuk dan eng, totdat ik bij een splitsing kom.

Een splitsing? Ik lees het bord maar half en sta ineens bovenop een heuveltje naar een afdaling over een stel ongemakkelijke keien te kijken. Moet ik dáár overheen? De bochtwacht vertelt dat ik een keuze heb. Daar beneden had ik ook een pad naar rechts kunnen nemen, de ‘chicken run’ en ja, dat mag ook straks in de wedstrijd. Ik bekijk me die inmiddels kletsnatte keien nog eens en overweeg of ik het er met deze achteraf gezien te gladde banden voor dit parcours, toch gewoon op zal wagen. Terwijl ik sta te aarzelen geeft de bochtwacht me wat technische tips en illustreert hij zijn verhaal met hoe ze die morgen iemand met een arm uit de kom hebben moeten helpen. Ik had er zelf al plaatjes genoeg bij, maar na zijn uitleg weet ik helemaal zeker dat ik eerst die chicken run maar eens ga bekijken. Misschien dat ik het straks in de wedstrijd durf als ik me genoeg opgejaagd voel. De chicken run blijkt een bochtig alternatief, dat meer tijd kost dan de hindernis. Even verderop ontdek ik dat er nog twee van dergelijke hindernissen zijn opgenomen in het parcours. Nu lees ik de borden wel en zie dat ze de hindernis ‘rock garden’ noemen en het alternatief inderdaad ‘chicken run’. Ik ga overal voor het alternatief.

img_5604
Het stukje stenen. Foto: Jeroen Bouw WTC Oldebroek.

Ik start redelijk. Een dame in Liv-outfit is als een speer weg en ik klamp aan bij mijn twee kopgroepgenotes van de vorige keer. In het bos echter merk ik dat bij mij die modderbochten op snelheid heel slecht gaan. Ik vlieg aan alle kanten het bos in, wat ik illustreer met een aantal keer luidkeels “Hooo”,  “Waaah”, “Woeps” en zelfs een “Sorry”. Ik hou mezelf elke keer maar net overeind. Ik word er heel onzeker van en na een ronde heb ik me laten terugwerpen naar de zesde plaats. Is er niet een ‘chicken run’ voor het hele rondje? Ik begrijp mezelf wel, de hechtingen zijn net weer uit mijn knie, maar ik ben na die hele slechte ronde ook wel een beetje klaar met mijn eigen gezeur. In het wiel van een dame van Last Gear kom ik weer wat bij zinnen. Ik zal het moeten doen met de Fast Trak voor en de Renegade achter, ook al was iets meer profiel op de banden wel fijn geweest. Ik heb niet een uur in de auto gezeten om hier een beetje te mutsen en te miepen. Kortom, die zesde plaats is nergens voor nodig en op een recht stuk in het bos steek ik de dame van Last Gear voorbij.

Vijfde. Ik heb zicht op een volgende dame met een outfit van Last Gear en ergens daarvoor vechten Anne Marie en Annemarie om plaats twee. Ik moet mijn best doen, maar ook de volgende dame haal ik in. Vierde. Ik zie enkele bochten verder op het parcours de beide dames waarachter ik ben gestart, maar vrees dat de wedstrijd te kort is om er nog serieus bij aan te sluiten. Toch ga ik ervoor en ik merk warempel dat ik weer kan genieten van dit parcours. Er zitten leuke kombochten in, die best snel genomen kunnen worden, een stapeltje hout, dat geen enkel probleem is, een pad vol gladde stenen dat met mijn LEO-techniek (‘Lomp-En-Onbenullig’) prima te doen is en ik verras mezelf met een ‘rock garden’ waar achteraf gezien geen ‘rocks’ in blijken zitten. Bij deze zeer steile afdaling had ik eerst voor het alternatief gekozen, maar dat was nergens voor nodig geweest: dit kan ik prima. De afdaling met de stenen blijf ik echter mijden. Bij de gladde modderbochten op het sportveld neem ik nu listig de grasrand en ook de bochten in het bos gaan die laatste ronden veel beter. Ik kom inderdaad niet meer bij mijn voorgangsters en eindig op de vierde plaats.

Ik ben tevreden met hoe ik mezelf heb weten te herpakken, maar baal ervan dat er eerst een hele ronde met narigheid voor nodig was. Ook vind ik achteraf dat ik die afdaling met die stenen gewoon had moeten doen. Als er geen alternatief was geweest, had ik mezelf er zeer waarschijnlijk uiteindelijk wel overheen gejaagd. Het is geruststellend om te weten dat een ‘chicken run’ gebruikelijk is bij mountainbikewedstrijdjes, maar voor mij zijn dat soort opties helemaal niet goed. Ik doe dergelijke technische dingen een stuk beter als ik geen kans krijg om het een en ander te overdenken.

“Moet ik dáár overheen?”
“Ja.”

© ingefietst.nl

2 reacties Voeg uw reactie toe

Ik nodig je uit om te reageren:

Vul je gegevens in of klik op een icoon om in te loggen.

WordPress.com logo

Je reageert onder je WordPress.com account. Log uit /  Bijwerken )

Facebook foto

Je reageert onder je Facebook account. Log uit /  Bijwerken )

Verbinden met %s