Halverwege

Ik kan heel veel, maar ben nergens extreem goed in. Dat is ook zo met fietsen. Ik heb niet de ranke bouw van een klimmer of de explosieve kracht van een sprinter. Ik beschik niet over een uitzonderlijke set wielergenen. Ik moet het hebben van een redelijke sportieve basis en een bitbullachtig vermogen te volharden. Mijn fietskwaliteiten hebben voortdurend onderhoud nodig. Er is wel ruimte voor verbetering, maar het lijkt erop dat ik niet het lijf heb om alles tegelijk een niveau hoger te tillen. Als ik me een tijdje toeleg op klimmen, ga ik een flink stuk makkelijker een heuvel op, maar dat gaat ten koste van snelheid op het vlakke. Als ik veel aan mijn snelheid werk, lijdt mijn duurvermogen daaronder. Mijn lijf klaarstomen voor een uitdaging als Bardonecchia vraagt derhalve om een degelijk plan.

Eind februari 2017 ben ik gestart met een serieuze opbouw naar deze uitdaging om in acht dagen van Italië naar de Cauberg te fietsen. Het was toen nog 23 weken tot het vertrek. Nu ik dit schrijf is het nog 11 weken. Ik ben over de helft. Voor mijn gevoel gaat het goed, maar omdat ik train voor iets wat ik nog nooit gedaan heb, blijf ik onzeker. Het kan gebeuren dat ik uiteindelijk mijn missie om die acht etappes fietsend te volbrengen zal moeten opgeven. Ik kan een blessure krijgen, vallen of ziek worden. Er zijn altijd dingen, die ik toch niet helemaal in hand heb, maar ik kan me wel terdege voorbereiden. Daar hoop ik nu mee bezig te zijn.

Wat heb ik tot nu toe gedaan?

1. Ik heb een sportmedische keuring ondergaan

Het is niet zomaar een toertocht. Mijn lijf zal dagen achtereen een behoorlijke inspanning moeten leveren. Aan zoiets moet je naar mijn mening niet beginnen zonder een uitgebreid sportmedisch onderzoek. De uitslag van de erbij inbegrepen inspanningstest is ook handig voor de hartslagzones in het trainingsschema.

2. Ik heb een trainingsschema gemaakt

Met behulp van een voorbeeld voor een vergelijkbaar evenement (The Ride), de adviezen van Doefiets en mijn ervaring met een soortgelijk schema voor Alpe d’HuZes heb ik mijn eigen schema in elkaar gezet. Dat was zo af en toe hogere wiskunde, aangezien ik me in mijn enthousiasme in december al had aangemeld voor de Ronde van Vlaanderen en de mountainbikemarathon ‘de Hel van Groesbeek’. Deze evenementen pasten eigenlijk helemaal niet in het voorbeeldschema, maar met wat gepuzzel heb ik er toch iets van weten te maken dat voldoet aan de meeste eisen van de trainingsleer. Globaal volg ik nu steeds periodes van vier weken. In de eerste drie weken neemt de trainingsintensiteit steeds wat toe, waarna in de vierde week wat rustiger aan gedaan wordt. Daarna start een nieuwe periode van vier weken, die telkens wat intensiever is dan de periode ervoor.

IMG_6097
Een eerste versie van mijn trainingsschema.

3. Ik heb me meestal aan het trainingsschema gehouden

Drukte op het werk, alwéér slecht weer, die leuke clubrit die eigenlijk niet in het schema past of gewoon zomaar even mountainbiken, zo nu en dan heb ik het maar laten gebeuren. Het moet wel een beetje leuk blijven. Ik ben geen slaaf van het schema. De meeste trainingen heb ik echter met de juiste intentie gedaan. De nadruk heeft tot nu toe gelegen op duur. Heel veel duur.

IMG_6664
Ook handig als je na de rit eerst nog een flinke autorit naar huis hebt.

4. Ik ben bezig met voeding

Meer dan anders hou ik me bezig met wat ik naar binnen werk. Ik hoef van mezelf niet zozeer een aantal kilo lichter aan de start te staan, maar ik heb bij veel uren op de fiets moeite om het allemaal bijgegeten te krijgen, ook na de training. Ik weet dat ik moet letten op voldoende ijzer en magnesium, aangezien ik daar eenvoudig een gebrek aan ontwikkel en ook de diverse vitamines zijn dagelijks noodzakelijk. Ik had al extra groente, fruit, noten, kwark en yoghurt aan mijn menu toegevoegd, toen ik na de eerste weken van tegen de 10 uur op de fiets begon te merken dat ik de eetlust had van een gemiddelde bouwvakker. De hele dag door zocht ik naar iets eetbaars. Ik ben daarom sinds twee weken speciale sportvoeding gaan uitproberen. Ik heb gekozen voor Herbalife, maar ook bijvoorbeeld SiS en Maxim bieden dergelijke aanvullende voeding. Ik weet nog niet of het een ‘blijvertje’ is maar tot nu toe ben ik positief. De sportdrank laat me onderweg meer drinken dan ik uit mezelf deed (dat was te weinig!) en de hersteldrankjes die ik kan maken zijn heel goed weg te krijgen. Ze geven me blijkbaar de noodzakelijke aanvulling, want mijn voortdurende behoefte aan voedsel is aanzienlijk verminderd.

5. Ik heb een heleboel kilometers gefietst

Ruim 4500 inmiddels sinds het begin van dit jaar. De meeste ritten waren solo, maar ik heb ook enkele clubritten meegepakt en aan tochten en evenementen meegedaan. Een overzicht van de bijzondere tochten tot nu toe:

23 maart Coesfeld (GPS-route) via RTC de Pedaleur 120 km, 1300 hms
1 april Ronde van Vlaanderen Sportinez & Golazo sports 240 km, 2000 hms
14 april Clubrit Limburg TC de Liemers 130 km, 1900 hms
23 april Gran Fondo Rosa NL-Tourrides 120 km, 900 hms
30 april Bevrijdingstocht RETO 194 km, 1100 hms
7 mei Oude IJssel Tocht RTC de Wildt 164 km, 995 hms
14 mei Ronde van Nijmegen Stichting Ox 162 km, 900 hms

Wat ga ik nog doen?

1. Ik ga verder intensiveren

Er staat nog een clubrit van 160 kilometer in Sauerland op het programma, een Rondje IJsselmeer van zo’n 270 km met een aantal clubgenoten en ik heb me aangemeld voor de 1K-ride. Ik heb bewust nog niet alle tochten in mijn schema ingevuld, om keuzemogelijkheden te houden. Ik bekijk kort van tevoren waar ik zin in heb. Ik kijk of er leuke NTFU-tochten zijn, die in mijn plan passen of ik verzin zelf wat. Ik wil met Hemelvaart en Pinksteren, wanneer ik een aantal dagen vrij ben, proberen hoe mijn lijf het vindt om een dag of drie, vier achtereen vele uren in het zadel door te brengen.

2. Ik ga taperen

Zo’n anderhalve week voor vertrek moet het volgens mijn schema even wat kalmer aan. Ik moet zeker nog wel wat fietsen, maar minder intensief om mijn lichaam op te laden voor de prestatie: relatieve rust. Voor een eendagsinspanning, zoals destijds Alpe d’HuZes is dat ook de periode om een maximale koolhydraatvoorraad aan te leggen, maar dat voelt voor een uitdaging als deze wat onzinnig. Het is denk ik zaak om scherp maar niet vermoeid deze uitdaging aan te gaan. Het is uiteindelijk meer van belang om steeds goed te herstellen tussendoor. Goed eten en drinken voor, tijdens en na de rit en goed slapen. Joop Zoetemelk leerde ons dat in 1980 al: “De Tour win je in bed”. Ik ben ervan overtuigd dat dat ook geldt voor Bardonecchia.

IMG_6605
Garmin met powerbank.

3. Ik ga nog een heleboel shoppen

Een uitdaging als deze vormt de aanleiding voor allerlei fietsgerelateerde aankopen. Ik heb gemerkt dat de batterij van mijn Garmin 810 de 240 km van de Ronde van Vlaanderen nèt aankon. Om straks niet in de middle of nowhere opeens zonder navigatie te staan heb ik een powerbank gekocht, die ik inmiddels in combinatie met de Garmin heb uitgetest. Voor de powerbank en wat ander klein spul heb ik een tasje besteld voor op de bovenbuis. Onlangs heb ik, na een definitief afscheid van de oude, een nieuwe reistas voor mijn fietsspullen aangeschaft. In die tas moet voor acht dagen fietskleding mee, aangezien het onzeker is wat er tussentijds gewassen kan worden. Ik vind dat ik mezelf daarom binnenkort een paar mooie kledingsetjes cadeau mag doen.

Als je nog tips voor me hebt voor een dergelijke uitdaging als Bardonecchia of als je nog zaken weet die ik zeker aan mijn boodschappenlijstje moet toevoegen, laat het me vooral weten.
Ik heb er zin in!

© ingefietst.nl

Ik nodig je uit om te reageren: